In september 2011 kwam ik op één van de weinige vrije dagen
tijdens een Cre8 East Africa project in Amuru en zocht Bosco op. Die was, met
hulp van Quinto, ondergebracht bij een weduwe, Grace. Zij leefde met haar eigen
kinderen in een klein hutje op het land van haar grootmoeder. Later vertelde ze mij haar verhaal. Zij en haar man gingen zo’n
vijf jaar geleden naar het ziekenhuis om zich te laten testen op HIV. Toen de
uitslag voor beiden ‘HIV positief’ was waren ze verbijsterd en konden het niet
geloven. Ze kregen medicijnen mee, HIV remmers, maar haar man schaamde zich
zozeer dat hij zelfmoord pleegde door alle medicijnen in één keer in te nemen.
Hij liet haar met haar vier kinderen achter.
Tot overmaat van ramp verjoeg haar schoonfamilie de familie
van hun land. Grace, haar dochter en drie zoons waren zonder vader, zonder huis
en zonder land om eten te verbouwen en vee te houden, dus zonder enige bron van
inkomsten. Ze kregen gelukkig onderdak bij haar grootmoeder. In wat eigenlijk
bedoeld was als keuken, konden zij en haar kinderen slapen en ‘wonen’. Korte
tijd later overleed ook haar grootmoeder. Vervolgens overleed ook haar dochter.
Veel afrikanen vertellen je verhalen over wie er allemaal al
zijn gestorven in hun familie of hoe ze , in onze westerse oren, de meest
erbarmelijke omstandigheden en armoede hebben overleeft. Maar dit verhaal is
wel heel gruwelijk en zelfs mijn Keniaanse vriendin en collega, Dina die bij
het gesprek aanwezig was, had tranen in haar ogen toen Grace alles had verteld.
In januari 2013 keerde ik terug naar Amuru en bezocht Grace,
Bosco en de andere jongens. Ze zagen er al een stuk gezonder uit dan een jaar
geleden. Bosco leek al veel meer op de jongen van zeven die hij is. Toen ik hem een voor het eerst ontmoette leek hij 3 of 4. Er
waren twee geiten waarvan één al een jong haden er was een huis.
Het bleek echter dat drie van de vier jongens niet naar
school gingen. Er was geen geld. Grace heeft geen land, geen werk en is
afhankelijk van de goedheid van anderen. Na overleg zijn we overeen gekomen dat
ik ging proberen, met hulp van anderen, om de vier jongens naar school te laten
gaan vanaf februari 2013. Quinto ging op
zoek naar een geschikte school voor de jongens. De oudste, Morris van 14, ging
al naar klas 4 met ondersteuning van een plaatselijke organisatie en de andere
drie: Walter (op de foto rechts) van 10, Dennis (midden) van 9 en Bosco (links)
van 7, gingen vanaf februari naar de basisschool en begonnen allemaal in klas
1.
Het is nu 2015 en de drie jongens gaan voor het derde jaar naar school dank zij de steun van mijn familie, vrienden en collega’s.
Het zijn geen uitblinkers en vooral Bosco heeft het nog vaak moeilijk met het verwerken van wat hem allemaal is gebeurd in zijn jonge leventje. Maar ze gaan naar school, eten goed en hebben schoenen en kleren en er is dus hoop.